In deze modus schakelt het systeem uw oproepen door naar een ander nummer dat u hebt ingesteld. U kunt oproepen als volgt doorschakelen:
•Zonder over te gaan op het toestel.
•Pas nadat de oproep niet wordt beantwoord op het toestel.
Het systeem schakelt alleen de inkomende externe oproepen door. Als u andere oproepen wilt doorschakelen, is configuratie via de menu's van uw telefoon of door uw systeembeheerder vereist.
Instellingen voor mobility-profiel |
|
---|---|
Standaard bureautelefoon gebruiken |
Het systeem schakelt uw oproep door naar het toestel van het telefoonsysteem. |
Onvoorwaardelijk doorschakelen |
Het systeem schakelt de oproep onmiddellijk door zonder over te gaan op uw telefoontoestel. Deze functie noemt men ook alle oproepen versturen of alles doorschakelen. |
Doorschakelen bij geen gehoor |
Het systeem schakelt alleen de inkomende oproepen door als de oproep niet binnen een bepaalde tijd wordt beantwoord. |
Mobiel twinnen inschakelen |
Het systeem schakelt inkomende oproep door naar uw telefoontoestel en het mobiele nummer. U kunt de oproepen overzetten tussen uw toestel en het mobiele nummer. |
Mobiel twinnen-nummer |
Stel het mobiele nummer in. |
Telewerker inschakelen |
Het systeem schakelt de telewerkermodus in. Het systeem geeft deze optie alleen weer als u een hoofdgebruiker van one-X Portal bent. |
Nummer van telewerker |
Stel het telewerkernummer in. U kunt een intern of extern nummer instellen. Wanneer u een extern nummer instelt, moet u het voorvoegsel voor externe oproepen voor uw telefoonsysteem opgeven. |
Een testoproep tot stand brengen |
Het systeem brengt een testoproep tot stand met het telewerkernummer dat u hebt ingesteld. |
In wachtstand |
Deze instelling regelt de verbinding van uw telefoonsysteem naar het telewerkernummer. |